De Duitser die
nooit terugkeerde

Samen met Anton Boyksen ontsnapte hij twee keer uit het interneringskamp aan de Copieweg. Om vervolgens weer ingerekend te worden. Nieuw licht op een volgend bemanningslid van de Goslar.

Door Twan van den Brand

Heinrich Scharfenberg is nooit meer teruggekeerd naar Duitsland. Na zijn vrijlating uit het interneringskamp ten zuiden van Paramaribo vertrok hij spoorslags naar Venezuela.
Dat was in 1947, toen de laatste Duitse geïnterneerden werden vrijgelaten. Onder hen de bemanningsleden van de Goslar, het vrachtschip dat aan het begin van de Tweede Wereldoorlog voor anker ging nabij de Surinaamse hoofdstad om geen prooi voor de vijandelijke duikboten te worden.
Scharfenberg was hulp-machinist en 33 jaar jong toen hij naar Venezuela reisde. Aangetrokken door de verhalen over de olierijkdom aldaar. “Zijn moeder is in 1967 in Kiel overleden. Hij heeft haar na de oorlog nooit meer gezien. Zelfs als toerist is hij nooit meer naar Duitsland teruggekeerd”, laat zijn zoon Ewald vanuit Caracas weten.
Ewald was nog een tiener toen zijn vader in 1977 overleed. “Ik heb hem nauwelijks gekend.” De Duitse taal maakte geen onderdeel uit van de opvoeding. Zoonlief, onderzoeksjournalist en directeur van het Instituut voor Media en Samenleving in Caracas, bedient zich van Engels en Spaans.
Zijn vader gaf maar weinig prijs over de oorlogsperiode, zegt Ewald. Over het leven in het kamp aan de Copieweg kreeg de zoon evenwel te horen dat “ze alleen rijst kregen en hij door slechte voeding zijn tanden verloor”. Het is slechts een deel van de waarheid. Want, zo weet de zoon inmiddels ook mede dankzij een bezoek aan Suriname, de omstandigheden in het kamp waren in vergelijking met andere strafkolonies alleszins humaan. 

Kamp Copieweg (2) en Jodensavanne (1)

Scharfenberg was een van de vijftien Duitsers aan boord van de Goslar. De bemanning bestond verder uit 49 Chinezen. Zij kwamen in opstand kort nadat het schip op 5 september 1939 voor anker ging in de Suriname-rivier. Een langdurig verblijf in de tropen zagen zij niet zitten. 
De overlevering wil dat zij bijstand kregen van hulp-machinist Scharfenberg, die kennelijk hoopte op een terugkeer naar het land dat hij later zo angstvallig zou mijden. “Ik wil dit incident verder uitzoeken”, aldus zijn zoon. “Was het slechts gebrek aan loyaliteit of een sterke wens om zich aan te sluiten bij de Duitse troepen. Of beide.”
De Chinese muiters mochten na ingrijpen van de Surinaamse politie en een kort verblijf in Fort Zeelandia met een Italiaanse schip vertrekken. Dat gold niet voor Scharfenberg, die met de anderen terechtkwam in het kamp Copieweg.
Daar ondernam hij aan de zijde van Anton Boyksen, stuurman van de Goslar, twee keer een ontsnappingspoging. In 1941 baanden ze zich, samen met de Duitse planter Schubert, gedurende bijna twee weken een weg door het Surinaamse oerwoud. Tot aan de grensrivier Marowijne, die ze op 7 september bereikten. Aan de overzijde lonkte Frans Guyana, waar op dat moment nog een Duitsgezinde Vichy-regering zetelde. Maar dat beloofde land zouden ze niet bereiken. Een groepje bosnegers sloot de vluchters in en bracht ze terug naar af. Op hun hoofd stond een premie van 50 gulden.
“Het was een bijzonder avontuur”, zou Boyksen later zeggen over de 150 kilometer lange ontsnapping. Het jaar daarop probeerden hij en Scharfenberg, dit keer samen met drie kornuiten, opnieuw de benen te nemen. Weer vergeefs. 

Waterkant

De Goslar? Die ligt nog altijd in de rivier voor Paramaribo. De Duitse bemanningsleden brachten het schip tot zinken nadat de Wehrmacht op 10 mei Nederland binnenviel. De vrachtvaarder, vertrokken uit Kiel, mocht niet in handen vallen van de vijand.
Helemaal onder water is de Goslar nooit geraakt. De ankerplaats bleek te ondiep. Pogingen om het schip te lichten strandden. Wie over Paramaribo’s Waterkant wandelt kan het wrak vandaag de dag nog altijd met het blote oog zien.

Klik voor een tochtje langs de Goslar op de volgende link: http://youtu.be/rDrTp_QLAk0 

Met dank aan Ewald Scharfenberg, zoon van de hulp-machinist van de Goslar. Mede namens hem zoek ik meer informatie over zijn vader. Mailen kan het makkelijkst via het adres onder het tabblad  'Over mij'. 

Zie onder het tabblad De Verhalen: ‘De stuurman van de Goslar’.

 

14/07/2011